Pitts-globePitts-loginPitts-premiumPitts-registerPitts-search

Cyriel Valkeneers (Zonhoven) blikt in rusthuis met weemoed terug op zijn duivenliefhebberij

Geplaatst op 02/05/2017, Auteur: piet.aelberts@telenet.be


 

“Meer nog, ik droom nog heel vaak van mijn duiven, zelfs dat ik een nieuw hok heb laten zetten. En ja, zingen doe ik ook nog dikwijls van ‘Ik zie zo geren mijn duivenhok’. De duivensport, waaraan ik 70 jaar verknocht was, blijft heel sterk aanwezig in mijn leven, zelfs hier in het rustoord. Vriend Steven Maes komt me elk weekend halen om bij hem de thuiskomst van de duiven af te wachten. Daarna trekken we met de klok naar het lokaal. We zijn al 25 jaar bevriend. De liefhebberij houdt me nog elke dag bezig. Ze zeggen dat die passie me goed doet, misschien dat ik er zelfs langer van leef. Eens melker, altijd melker.”

dsc01055.jpg | Pitts
dsc01051.jpg | Pitts

De mooie kamer van het rustoord ademt duivensport: tekeningen, foto’s, tijdschriften,… Cyriel is op die manier nog altijd passioneel met duiven bezig. Op tafel ligt een Duitse duivenboek: ‘Champions Die Welt. Richtig motivieren – Hart arbeiten – Leicht gewinnen’, zo staat er op de kaft. Deze duivenman voelt zich goed in het rustoord. Dat is duidelijk, ook al moest hij de duivensport zelf lijfelijk achter zich laten. “Op 11 maart 2013 was ik sneeuw aan het ruimen rond mijn huis en mijn duivenhok. Veel sneeuw. Ik had geen macht meer, ik heb de duiven nog eten gegeven en ben gaan slapen, maar ’s morgens moest ik hoogdringend naar het ziekenhuis voor een openhartoperatie. Daarna ging het samen met zijn vrouw Mia richting Catharina. “Ik zag er tegenop, mijn huis en vooral mijn duiven achterlaten, maar nu gaat het prima temeer omdat ik de duivensport nog steeds kan beleven. “

foto-puzzel-ok.jpg | Pitts

Dochter Dolores Valkeneers met haar zoon en dochter, kleinkinderen van Cyriel. Zij zijn nu 30 en 28 jaar. De foto is zowat 24 jaar geleden genomen voor het duivenhok. Het is een puzzel . 

 

 

Opstel
“Ik heb heel mijn leven tussen de duiven gezeten. Als jonge gast kreeg ik een koppeltje van mijn pa, maar spelen mocht ik niet. Pa wilde dat niet: hij vond het gokken en geld verliezen. Tijdens mijn legerdienst in 1952 in Lombardsijde kwam ik veel in contact met duivenmannen van de Vlaanders, die vooral zwarte duiven wilden hebben. Ik kweekte die dan voor hen. Later ben ik ook witte duiven gaan kweken, vliegduiven, die dan ook gebruikt werden bij huwelijken.”
En dan volgen er nog een stel anekdotes. Zo was er eens een duif van Cyriel in het Antwerpse binnengelopen. De man belt en zegt dat hij niet verstond dat Cyriel kan spelen met zo’n duif, die helemaal niet in orde was. “Maar ik zou er toch wat eitjes willen van kweken,” zei hij. Twee maanden later stond de Antwerpenaar op de stoep in Zonhoven, met de duif en met een vergoeding. Een aangemelde Ierse duif werd door de eigenaar persoonlijk in Zonhoven afgehaald. En nog eentje: “Indertijd heb ik eens een duifje van Grondelaers uit Opglabbeek aangemeld. Ik vroeg om het te mogen behouden omdat ik een jonge liefhebber was. Later kwam ik Grondelaers tegen bij Pros Roosen. En weet wat Grondelaers tegen Pros zei: “Och dat zijt gij die zo zat te janken aan de telefoon om het kaartje te krijgen….”

Mr. Proper
Op zijn 10de jaar schreef hij in de lagere school een opstel over jawel, de duivensport en kreeg er 9 op 10 voor van de meester. In diezelfde school hebben lange tijd 2 tekeningen van duiven gehangen, die door Cyriel werden gemaakt. Om maar te zeggen dat Cyriel zijn hele leven lang met duiven is bezig geweest, en dat op alle vlakken. Zo heeft hij onder meer honderden vreemde duiven heeft aangemeld van binnen- en buitenland.
Cyriel bladert in een van de fotoboeken. “Kijk hier een foto van mijne Jarnac, een eentje van mijn auto met alle stickers van LDS (Limburg Duiven Sport),” aldus de vitessespeler, die toegeeft dat hij altijd veel te veel duiven had -  ik kon er geen missen – en niet al te stipt was in de verzorging. “En fouten heb ik ook al eens gemaakt. Vandaar dat ze me soms Mr. Proper noemden. Hoe dan kwam? Ik had de duiven een bad gegeven, maar er in plaats van javel, er Mr. Proper in gedaan.  Ik heb het pas ontdekt toen ik zag dat ze voor geen geld in het bad wilden zitten.” Cyriel is overigens ook een man van principes. Zo vindt hij dat iedere eersteprijswinnaar een extra geldprijsje moet krijgen.


De Zonhovenaar houdt van contact met de duivenmannen. Hij noemt voor de vuist op: Paul Huls, Jos Thoné, Jaak Koninx, Ivan Vandeput en uiteraard Steven Maes. Ze houden het vlammetje van de duivensport bij hem brandend. Pros Roosen
Cyriel bewaart goede herinneringen aan wijlen Pros Roosen. “Een fijne man, maar het moest zijn gelijk hij het wilde. Ik zei hem eens dat het duivenvoer veel te duur was. Waarop hij meteen repliceerde met ‘Hou minder duiven, dan mag een zak 1.000 frank kosten.’ Pros was een topmelker.”
Dat hij niet zo goed speelde, liet Cyriel niet aan zijn hart komen. Op zijn korf had hij “Nu of nooit” als tekst aangebracht, en dat heeft hij dikwijls te horen gekregen. In zijn kamer staat er nog een ‘bruidskorf’ voor de witte duiven, en daar staat volgende tekst op: “Doet ie het of doet ie het niet?” Succes gegarandeerd als hij met de witte duiven bij het trouwkoppel staat.
Bij een huwelijk in Beringen kwam hij in gesprek met toenmalig burgemeester Mondelaers. “Ziet ge daar dat zwart dak,” zo wees de burgervader, “daar zitten seffens de witte duiven op die gij hier gaat loslaten. De repliek van Cyriel: “De poten van mijn witte duiven zullen dat dak niet eens raken. En ja, hoor, ze vlogen meteen recht naar huis.”

foto-1-valkeneers-witte-duiven.jpg | Pitts

Cyriel zorgde ervoor dat verpleegster Kathleen Bas voor haar huwelijk verrast werd met twee ‘trouwduiven’. “De mensen vinden dat altijd een mooi gebaar, dat geluk brengt.”

De kwieke tachtiger – klein van stuk en rad van tong – volgt de hedendaagse duivensport nog steeds op de voet. “Ik ben content hier, en zeker omdat ik me nog steeds duivenman voel in het rusthuis. Want die duiven, ja, die hebben mijn hele leven bepaald en blijven mijn leven beheersen. Als ze me dat afpakken, nee, ik durf er niet aan denken. En als ik iets lees over duiven, denk ik, ja, dat had ik beter kunnen doen. Om maar te zeggen dat ik dankzij mijn geliefde duivensport bij de zaak blijf.”

Deze duivenmelker voelt zich duidelijk op zijn gemak in woonzorgcentrum Heilige Catharina. Een van de troeven is zeker dat de kamers, zoals bij Cyriel, met eigen meubels en decoratie persoonlijk worden ingericht. Vriendelijk en behulpzaam personeel (dixit Cyriel), een cafetaria met krantenhoek, een kapel, gezellige ontmoetingsruimten, een kapsalon, een kine- en een hobbyruimte vullen het geheel aan. Of het centrum genoemd is naar Catharina Labouré, de patrones van de duivenmelkers, is moeilijk te achterhalen. Maar dat Cyriel hier de duivensport op zijn eigenste manier deugddoend kan beleven, is alleszins een heuglijk feit.


Naar overzicht van nieuws

Reageren


Om te reageren dient u aangemeld te zijn.
Terug naar boven