Pitts-globePitts-loginPitts-premiumPitts-registerPitts-search

Het lot van de betrapte liefhebbers ligt niet in handen van de WAC

Geplaatst op 20/12/2016, Auteur:


Meermaals wordt geopperd dat de WAC (Wetenschappenlijke Advies Commissie, opgericht op vraag van de feitelijke vereniging van dierenartsen) de beslissende stem heeft in heel het dopingdebat. "Dat is in geen geval zo," zegt Willy Peumans, oud-professor Biochemie en duivenliefhebber.



Professor Peumans heeft het bij herhaling over de rechtszekerheid van de modale duivenliefhebber wanneer hij geconfronteerd wordt met een al dan niet vermeende overtreding van het dopingreglement van de KBDB. Willy Peumans: “Daar alleen de betrokkenen en de KBDB op de hoogte zijn van de analyseresultaten van het dopinglabo in Zuid-Afrika kan op dit moment geen enkele buitenstaander oordelen over schuld of (eerder) onschuld van de betrapte liefhebbers. De bestuursleden van de KBDB zelf zijn ook totaal onbekwaam wanneer het aankomt op een interpretatie van de rapporten opgesteld door het dopinglabo en maken er zich van af door die delicate materie door te schuiven naar de WAC. Hopelijk is er binnen de WAC iemand bekwaam om de analyserapporten te interpreteren en een objectief advies door te spelen naar de KBDB.

Maar dan komt pas het echte probleem om de hoek kijken. Het is niet zo dat – zoals blijkbaar algemeen gedacht wordt - het lot van de betrapte liefhebbers in de handen van de WAC ligt. Integendeel, in het dopingreglement van de KBDB (onder artikel) 10 staat immers expliciet “De wetenschappelijke evaluatie van de WAC bindt de Nationale Raad van Beheer en Bestuur niet. Enkel de Nationale Raad van Beheer en Bestuur beslist derhalve of een definitief positief resultaat een overtreding van het Reglement inhoudt.” We moeten ons allemaal goed realiseren dat de WAC enkel advies mag uitbrengen en dat de nationale raad van beheer en bestuur van de KBDB mag doen wat hij wil zonder rekening te houden met het advies van experten of wat er moet voor doorgaan. Moest de KBDB in vroegere dopingzaken het advies van de bevoegde experten ter harte genomen hebben dan was de “Belgische duivenwereld” heel veel miserie gespaard gebleven.”

Vervloesem

Professor Peumans keert nog even terug naar de zaak Vervloesem waar het gaat om vermeende doping met atropine. Peumans: “In een artikel/opiniestuk gepubliceerd op de website van PITTS (9/11/2014 - 17:41 ) schrijft prof. P. De Backer (van de Vakgroep Farmacologie, Toxicologie en Biochemie aan de Faculteit Diergeneeskunde van de UGent te Merelbeke) aan het einde van zijn tekst “Op basis van deze gegevens wens ik toch te besluiten dat ATROPINE niet werd toegediend aan de zogenaamde POSITIEVE duif met het oog op het verhogen van de prestaties”. Diezelfde prof. werd later aangesteld als voorzitter van de WAC maar ondanks zijn eerder uitgesproken overtuiging dat er bij Vervloesem geen sprake was van een intentionele doping met atropine heeft hij het bestuur van de KBDB niet kunnen overtuigen om de schorsing en bestraffing van Vervloesem in te trekken.

De les die we hieruit moeten trekken is dat we waarschijnlijk niet veel heil moeten verwachten van de WAC en uiteindelijk overgeleverd blijven aan de willekeur van bestuursleden met weinig of geen kennis van zaken. Zo is het en niet anders. Bovendien is er een ernstig bijkomend probleem omdat het effectief (en excessief) bestraffen in het nabije verleden van twee liefhebbers omwille van een positieve dopingtest voor twee verschillende (onschuldige) naturally occurring prohibited substances (NOPSs) een zeer gevaarlijk precedent geschapen heeft. Er staan de KBDB en de Belgische duivensport nog zware winterstormen te wachten.”

Rode kaart

Verontrustende zaak is, aldus professor Peumans, dat blijkbaar heel weinig duivenliefhebbers het dopingreglement van de KBDB bestudeerd hebben. Zoals reeds hoger aangehaald heeft de WAC, in tegenstelling tot wat velen denken en schrijven, geen enkel beslissingsrecht. Het feit dat deze misvatting telkens terug komt in de reacties impliceert dat artikel 10 van het dopingreglement niet of nauwelijks gelezen werd. En toch tekenen op enkele uitzonderingen na alle duivenliefhebbers “voor akkoord” (met het dopingreglement) op hun hoklijst. Op die manier kunnen ze achteraf natuurlijk zwaar in de problemen komen wanneer verboden substanties aangetroffen worden in de meststalen van hun duiven want ze hebben en document ondertekend waarin ze instemmen met een in menig opzicht absurd dopingreglement en zich bereid verklaren de willekeur van de KBDB te ondergaan. Ik zelf heb wel voorbehoud aangetekend bij het dopingreglement met als gevolg dat de KBDB mijn lidkaart geweigerd heeft voor 2016.

Na wat Vervloesem en Panza te verduren gekregen hebben vond ik het niet langer verantwoord om een reglement te onderschrijven dat geen rekening houdt met de zogenaamde NOPSs en heb ik gevraagd om realistische drempelwaarden vast te leggen voor dergelijke stoffen. Uiteraard hadden ze bij de KBDB daar geen oren naar en hebben ze mij een rode kaart gegeven voor protest met als resultaat dat ik niet meer mag meespelen. Nu dat laatste is maar een detail. Veel belangrijker is het feit dat mijn vrees dat er dit jaar terug een aantal liefhebbers zouden betrapt worden om NOPSs bewaarheid is. Hopelijk gaat de nieuwe golf van positieve dopinggevallen toch iets losmaken bij de duivenliefhebbers en hen aanzetten om collectief actie te ondernemen tegen het in vele opzichten absurd en excessief repressief dopingbeleid van de KBDB. Iedereen die akkoord gaat met het huidige dopingreglement moet beseffen dat hij mede verantwoordelijk is voor elk geval waarin een liefhebber onterecht gestraft wordt en als dusdanig ook zijn aandeel heeft in al het persoonlijk leed dat daardoor veroorzaakt wordt.
Als er geen verandering komt is het gewoon afwachten wie er volgend jaar slachtoffer wordt van de doping-inquisitie van de KBDB”, aldus biochemicus Peumans.


Naar overzicht van nieuws

Reageren


Om te reageren dient u aangemeld te zijn.
Terug naar boven